De Amsterdamse Pijp leefbaarder èn beter bereikbaar: business case Boerenwetering
Naast een aantrekkelijke plek om te wonen, ontwikkelt het Noordelijk deel van de Amsterdamse Pijp zich meer en meer tot een verblijfsgebied. In de buurt zijn winkels, restaurants, cafés en galeries gevestigd. Het gebied kenmerkt zich door een extreem hoge parkeerdruk en de verwachting is dat die druk ook in de nabije toekomst niet zal afnemen. Met het aanleggen van een ondergrondse parkeergarage op de grens van het Museumkwartier en de Oude Pijp wil het stadsdeelbestuur tegemoet komen aan de vraag naar meer parkeerplaatsen. Een kostbaar project in een binnenstedelijke omgeving waarbij Spark is gevraagd om een toets op de financiële haalbaarheid uit te voeren.
Het plan om een parkeergarage onder het water van de Boerenwetering aan te leggen kent een lange voorgeschiedenis. Eerdere projectvoorstellen in 2007 en 2010 strandden onder andere als gevolg van gebrek aan inzicht in de gevolgen voor de buurt en de mogelijke bouw- en exploitatiealternatieven. Een zorgvuldig besluitvormingstraject is dus hard noodzaak. Met de lessons learned in andere projecten (zoals de Noord-Zuidlijn) is daarom gekozen voor – parallel aan het uitwerken van de voorkeursvariant – het uit laten voeren van een onafhankelijke second opinion op de haalbaarheid van het project.
Spark stelde een langjarige prognose op van het gebruik van de parkeergarage, de verwachtte parkeerproductie en de daaraan gekoppelde verwachte financiële prestatie. Daarbij werd onderzocht wat de effecten waren van de garage op het parkeerareaal. Er geldt namelijk een compensatieafspraak: voor elke tweede gebouwde parkeerplaats in de garage wordt één plaats op straat opgeheven. Jan Stolk, projectmanager van de Boerenweteringgarage bij het stadsdeel Zuid van de gemeente Amsterdam: “Het creëren van extra parkeercapaciteit ondergronds biedt de mogelijkheid tot verbetering van de bereikbaarheid van het gebied en de leefbaarheid van de openbare ruimte. Daarnaast kunnen de wachtlijsten voor een parkeervergunning worden ingekort”. Dit is hard nodig omdat er in deze buurt extra druk gaat ontstaan vanwege de invoering van ondergrondse afvalinzamelingssystemen en de ingebruikname van de Noord/Zuidlijn.
Met het opheffen van de parkeerplaatsen neemt het aantal beschikbare plaatsen op straat voor bezoekers van het gebied af. Een deel hiervan krijgt er echter een veilige en goed vindbare plek in de parkeergarage voor terug. De garage is namelijk bestemd voor vergunninghouders en voor bezoekersparkeren. Het dubbelgebruik komt de exploitatie van de parkeervoorziening ten goede.
Ook is gekeken naar de beheerorganisatie die de parkeergarage moet gaan exploiteren. Stolk: ”Door het eigendom en de exploitatie in handen van het stadsdeel te laten, blijft het beleidsprimaat op parkeren geborgd. Bovendien kan het stadsdeel tegen gunstiger voorwaarden financieren en de exploitatie derhalve optimaliseren”. Spark adviseerde om het dagelijks beheer van de garage, gezien het feit dat het stadsdeel geen eigen beheerorganisatie heeft, over te laten aan een daartoe ingerichte (markt)partij.
Mede op basis van de toets op de exploitatie en beheeropgave, een analyse van alle risico’s en een bouwkundige toets, heeft de stadsdeelraad in december 2012 dan ook positief besloten op het Investeringsbesluit voor de Boerenweteringgarage. Er is gekozen voor een drielaagse variant met 600 parkeerplaatsen, waardoor 300 parkeerplaatsen uiteindelijk uit het straatbeeld zullen verdwijnen, onder toezegging dat er een goed plan komt voor de herinrichting van de openbare ruimte van de Frans Halsbuurt.